- 歌曲
- 时长
简介
Jeroen Kant (1982) woont in een oud, vervallen, houten huisje ergens in een Brabants gehucht. Naast wat muizen in de keuken en ratten in de schuur nestelt er een koolmees in zijn brievenbus, een mierenkolonie in de steunbalken van het dak en het geluid van platvoeten en zwaar ademen in het plafond is naar alle waarschijnlijkheid een steenmarter. De enige buren in de weide omtrek liggen op de 200 jaar oude Joodse begraafplaats naast het huis. Omgeven door het groen, de rust en de stilte schrijft hij er prachtige Nederlandstalige liedjes en gedichten vol liefde, humor en zelfspot. De pers sprak van “een onmiskenbaar groot talent”. Er werden lijnen getrokken met Dimitri van Toren, Bram Vermeulen en Boudewijn de Groot, maar bovenal is Jeroen gewoon zichzelf. Met zijn rossige krullen onder een aftandse hoed staat hij stampend op een antieke houten zeepkist. Zonder een blad voor de mond te nemen loodst hij zijn publiek al predikend, zingend, lallend en dichtend door zijn charmant brakke wereld. Het is tragisch, komisch en poëtisch. IJzersterk, messcherp, bezield, eigenzinnig en volkomen origineel. In 2009 bracht hij zijn eerste studioalbum "'t Komt wel goed" uit. In 2011 verscheen zijn tweede album "Goud of op je bek gaan". Ook won hij dat jaar de publieksprijs van De Grote Prijs van Nederland in Paradiso, Amsterdam. In 2012 speelde hij 11 dagen lang zeer succesvol zijn eenmansvoorstelling in zijn zelfgebouwde theater/saloon op Theaterfestival Boulevard ‘s-Hertogenbosch. In 2013 verschijnt zijn derde album "De Lafaard Kapitein" en zal hij met de gelijknamige voorstelling opnieuw te vinden zijn op Theaterfestival Boulevard. Dit keer in een scheepswrak.